Elk kind is uniek, en heeft zijn eigen karaktertrekken. Dat maakt de wereld leuk en interessant. Sommige eigenschappen van kinderen worden door ouders als moeilijk ervaren. Rigiditeit is zo’n eigenschap. Ouders worden soms tot wanhoop gedreven door een kind dat zich steeds heel koppig gedraagt.
De kracht van standvastigheid uitklapper, klik om te openen
Standvastigheid en een sterke eigen wil zijn prima om te hebben. Het geeft richting in je leven en het kan je ver brengen. Vaak zijn standvastige kinderen precies en heel oprecht. Overtuigingskracht, daadkracht en standvastigheid zijn goede eigenschappen. In sommige beroepen zijn deze eigenschappen echt heel handig. Denk bijvoorbeeld aan een advocaat of een manager.
Rigiditeit is vaak een reactie - coping - op angst
Koppige kinderen kunnen vaak erg bozig en tegendraads gedrag laten zien. Vaak ligt echter onder dit bozige gedrag in wezen een angst gevoel. Boosheid is soms de krachtige variant van angst. Het voelt voor sommige kinderen (en volwassenen) prettiger om boos te zijn op anderen, dan te moeten erkennen dat je eigenlijk angstig of verdrietig bent.
Sommige kinderen moeten leren schakelen
Bepaalde kinderen hebben van nature moeite om te schakelen van de ene situatie naar de andere. Ben je net lekker bezig, moet het stoppen. Dat is soms erg irritant en helemaal niet fijn. Laat je kind merken dat je die gevoelens begrijpt.
Voorspelbaarheid en structuur
Het is handig situaties zo voorspelbaar mogelijk te maken. Als volwassene vergeet je soms dat voor een kind niet altijd duidelijk is wat er gaat gebeuren. Het helpt om heel expliciet te vertellen wat er precies gaat gebeuren en wat er van het kind wordt verwacht.
Een voorbeeld: Wij weten wat een verjaardagsfeest inhoudt en hoe je je dan moet gedragen. Voor sommige kinderen is dat helemaal niet duidelijk. Vertel het kind vooral welk gedrag het kind moet laten zien bij aanvang. Wie geef je een hand en wat zeg je dan? Oefen hier eventueel vooraf mee in een rollenspel.
Als er een dagplanning of weekplanning is, weet het kind van te voren wanneer een bepaalde activiteit gaat stoppen. Hiermee wordt het schakelen van de ene naar de andere situatie makkelijker. Ook helpt het om bijvoorbeeld tien minuten vooraf aan te geven dat het kind moet gaan stoppen met de huidige activiteit.
Begrip tonen geeft ruimte
Mensen doen wat ze doen niet voor niks. Als je kind in een koppige bui zit, heb je waarschijnlijk een onplezierig gesprek, en vind je je kind niet voor rede vatbaar. Toch heeft het gedrag van je kind vermoedelijk wel een oorzaak. Soms is echter niet duidelijk waar het gedrag van je kind vandaan komt. Vraag je kind op een belangstellende toon naar de reden van zijn of haar gedrag. Wanneer de reden van het rigide gedrag bekend is, kunnen ouders het gedrag van het kind namelijk beter begrijpen en het eigen gedrag daarop afstemmen.
Als je bijvoorbeeld vermoedt dat je kind bang is om naar de zwemles te gaan, en het daarom pertinent niet wil, is het handig erkenning te geven aan die (angstige) gevoelens. Zonder erkenning blijven kinderen vaak hangen in starheid, met erkenning kunnen kinderen makkelijker meebewegen.
In gesprek met een standvastig kind
Als je kind in en koppige tegendraadse bui zit zal het kind ontkennen dat het angstig is. “Neehee, ik ben helemaal niet bang om…”.
Aan de emotionele toon, kun je horen dat je geen redelijk en rustig gesprek hebt. Als volwassene ben jij degene die nu moet proberen redelijk te blijven. Geef eventueel aan dat jullie van mening verschillen èn dat dat mag.
Vertel je kind wat jij denkt dat de reden is van zijn of haar boosheid. Zo heeft je kind gehoord hoe jij erover denkt. De meeste kinderen trekken zich er echt wel wat aan van wat hun ouders zeggen. Sommige ouders zijn bang dat ze hun kind iets opdringen wat misschien helemaal niet waar is. Onze ervaring is dat kinderen hun ouders corrigeren als het echt niet klopt. Soms lopen de emoties hoog op. Dan is het handig je kind (en jezelf) even rust te geven om gevoelens te kunnen laten zakken.
Fijn, maar soms moet het toch...
Je hoeft het dus niet altijd eens te zijn met je kind. Leg uit hoe jij de situatie ziet en jij beslist wat er gaat gebeuren. Het kan helpen om het kind af te leiden door een nieuwe keuze te geven, waarbij het kind wel mag beslissen.
Als afleiden niet werkt, geef je kind dan de kans om te schakelen en leg uit dat het consequenties heeft als het kind niet meewerkt. Elk miniem vermeend gedrag wat past in de richting van meewerken kun je stimuleren met een compliment. Soms is niks zeggen, maar in je houding laten voelen dat je het knap vindt even effectief.
Praat over het gedrag, en wijs je kind als persoon niet af. “Ik hou echt van je, maar als je zo koppig doet, vind ik dat echt heel vervelend.”
Moeilijk zijn de momenten dat anderen de dupe zijn van het koppige gedrag van je kind. “Ik vind het echt vervelend dat oma nu lang moet wachten omdat jij nu niet mee wil”. Leg - eventueel waar je kind bij is - aan diegene uit dat jouw kind soms veel moeite heeft met schakelen, en dat je kind tijd nodig heeft. Ook kan humor soms helpen.
Evalueren & reflecteren uitklapper, klik om te openen
Kies een rustig moment om de situatie met je kind na te bespreken. Begin daarbij met een reflectie op je eigen gevoelens en toon begrip voor de gevoelens van je kind. Leg de nadruk op wat goed ging en bespreek wat een volgende keer anders kan om het beter te laten verlopen.
Geef complimenten voor wat je aan flexibel gedrag hebt gezien bij je kind. Respecteer je kind zoals het is, jouw kind heeft een hele sterke eigen wil, dat is in principe prima, maar soms voor anderen (en voor het kind zelf) moeilijk om mee om te gaan.
Vraag je kind wat hij/zij zou doen in jouw plaats. Wat kan je beter niet doen, en vooral wat kan je beter doen. Zo kun je samen leren hoe jullie het best met elkaar kunnen omgaan om de sfeer prettig te houden.
Soms ben je zelf onredelijk geweest, toen je kind zich heel koppig opstelde. Hier moet je op een rustig moment op terug komen. Zo laat je zien dat mensen fouten maken, en dat je dit kunt herstellen.
Voorbeelden die je kunt gebruiken
In het moment
- “Wat maakt je nu eigenlijk zo ontzettend boos?”.
- “Ik snap dat jij dat nu echt niet wil, want je wilde zo graag je spel afmaken………, maar we gaan vanmiddag toch naar de stad, want morgen moet ik weer werken en vandaag heb ik tijd om met jou nieuwe kleren te kopen.”
- “Als je nu met me mee gaat, mag jij kiezen of we tijdens het winkelen een drankje ergens gaan drinken of een ijsje zullen eten.”
- “Ik zou het echt heel knap van je vinden als het je lukt om je hier overheen te zetten en met ons mee te gaan.”
- “Ik vind het echt heel moeilijk, als je zo koppig doet.”
- “Ik denk dat jij het eigenlijk heel spannend vindt om weer naar school te gaan.”
- “Nou ja, IK zou me goed kunnen voorstellen dat je gespannen bent, maar misschien heb ik het mis.”
Humor
- De beeldspraak Koppige Ezel kennen veel mensen. “Sorry, hoor, maar ik moet nog even een kudde ezels mee zien te krijgen.”
- “Ik moet nog even wat hooi zien te vinden voor een soort paard, die hinnikt, wat was het ook al weer? Enig idee waar ik hooi kan vinden?”
Evalueren en reflecteren
- “Sorry dat ik je … noemde, dat had ik niet mogen doen, mijn emoties namen het van me over, en daarom deed ik echt onredelijk. Ik ga erop letten mijn emoties beter onder controle te krijgen.”
- “Ik vond het echt heel knap dat jij meeging, terwijl jij helemaal lekker in je spel zat en echt geen zin had om mee te gaan.”
- “Hoe zou jij willen dat ik op jou reageer als je zo vast zit?”
Contact uitklapper, klik om te openen
Voor een afspraak hebt u een verwijzing nodig van uw huisarts of specialist, welke zal worden verwerkt en beoordeeld door het Advies- & aanmeldteam.
Polikliniek Ontwikkeling in Perspectief
Het secretariaat is op werkdagen bereikbaar van 8:00 tot 17:00.
De polikliniek Ontwikkeling in Perspectief bevindt zich in het UMC Utrecht op de afdeling Psychiatrie, niet in het WKZ.
Lees ook eens: