Terug

OK-centrum locatie F4

Patiëntfolder

Moet u een ingreep met opname ondergaan? Dan wordt u eerst op de operatie voorbereid en daarna naar het OK-centrum locatie F4 van het UMC Utrecht gebracht. Chirurgen verrichten hier operaties waarbij u nadien opgenomen blijft in het ziekenhuis en spoedoperaties. Voor kleine ingrepen, waarbij u dezelfde dag weer naar huis kunt, gaat u naar andere locaties van het UMC OK-complex in het UMC Utrecht. Het OK-centrum locatie F4 bestaat uit veertien operatiekamers, een voorbereidingsruimte (holding) en een recovery.

Opname voorbereiden uitklapper, klik om te openen

Voorbereiding

Opnameprocedure

Voordat u geopereerd wordt, gaat u naar de anesthesiologische voorbereiding op de polikliniek anesthesiologie. Tijdens de anesthesiologische voorbereiding bespreekt de anesthesioloog met u hoe u zich het beste op de operatie kunt voorbereiden. U krijgt informatie over eten en drinken (nuchter zijn), medicijngebruik en roken voor de operatie.

Als u wordt geopereerd onder locoregionale verdoving (zenuwblokkade), ruggenprik, sedatie of algehele narcose, gaat u voor de operatie naar het spreekuur van de anesthesiologie op de polikliniek anesthesiologie.

Ziekenhuisopname voorbereiden

In het ziekenhuis

Op de dag van uw operatie meldt u zich bij de afdeling of de polikliniek die staat vermeld in de brief die u hebt ontvangen. Afhankelijk van hoe ingrijpend de operatie is, wordt u dezelfde dag opgenomen of  enkele dagen van tevoren. Op de afdeling wordt u ontvangen door een verpleegkundige die een opnamegesprek met u heeft. Als u nog vragen hebt kunt u die stellen.

Voorbereiding op de verpleegafdeling

  • Berg al uw kostbare bezittingen op in een afgesloten kast. De verpleegkundige kan de sleutel voor u bewaren.
  • U moet nuchter zijn op de dag van de operatie. U leest hier meer over op de pagina informatie over anesthesie.
  • Een uur voor de operatie krijgt u een operatiejasje aan. Dit is een jasje waarbij de achterkant losjes vastzit. 
  • Ook krijgt  paracetamol en eventueel naproxen, soms ook een rustgevend medicijn.
  • U moet een keer goed uitplassen.
  • Een verpleegkundige brengt u vlak vóór de operatie naar het operatiecentrum. 

Op de webpagina van de verpleegafdeling waar u wordt opgenomen vindt u meer informatie over de afdeling zelf. 

Zoek uw verpleegafdeling

Na de operatie

Na de operatie wordt u naar de ‘uitslaapkamer’ gebracht (recovery). Hier wordt u wakker uit de verdoving. In het begin bent u nog wat slaperig en soms misselijk van de verdoving. Op de uitslaapkamer kunt u geen bezoek ontvangen. Meestal blijft u een aantal uren op de uitslaapkamer. Daarna gaat u weer terug naar de verpleegafdeling. 

In het ziekenhuis

Op de dag van uw operatie meldt u zich bij de afdeling die staat vermeld in de brief die u hebt ontvangen. Afhankelijk van hoe ingrijpend de operatie is, wordt u dezelfde dag opgenomen of  enkele dagen van tevoren. Op de afdeling wordt u ontvangen door een verpleegkundige die een opnamegesprek met u heeft. Als u nog vragen hebt kunt u die stellen.

Klaarmaken voor de operatiekamer

U mag tot aan de operatie water/thee en limonade drinken. Eten mag niet meer tot 6 uur voor de operatie. Als de afdeling wordt gebeld dat u mag komen, krijgt een operatiejasje aan. U krijgt paracetamol en indien afgesproken naproxen of een rustgevend medicijn. U mag nog een keer goed uitplassen. Uw partner mag niet mee naar de voorbereidingsruimte. De verpleging rijdt u in uw bed naar de voorbereidingsruimte (holding).

Voorbereiding op de holding (ontvangstruimte op operatieafdeling F4)

Uw partner of begeleider mag niet mee naar de ontvangstruimte. Hier wordt u voorbereid op de operatie. U krijgt een infuus, een bloeddrukband en plakkertjes voor de hartbewaking.U blijft hier in uw eigen bed wachten tot u aan de beurt bent voor uw operatie. U kunt hier iets lezen of naar muziek luisteren.

Tijdens de operatie op de operatiekamer

  • U wordt aangesloten op bewakingsapparatuur en een infuus 
  • Er vindt een time-out plaats waarbij uw gegevens gecontroleerd worden
  • U krijgt medicijnen toegediend (afhankelijk van type anesthesie)
  • De ingreep vindt plaats

U wordt door de anesthesiemedewerker van de holding naar de operatiekamer gebracht. De anesthesiemedewerker en anesthesioloog meten uw hartslag, bloeddruk en zuurstof via de bewakingsmonitor. Er wordt vocht aangesloten op uw infuus. Voordat de ingreep begint, wordt er met het hele team samen met u gecontroleerd of alle gegevens kloppen (time-out).

Als u regionale anesthesie (blokkade)krijgt , dan wordt nu de medicatie toegediend. Na de blokkade, wordt het operatiegebied afgedekt met groene doeken. Er wordt altijd getest of de blokkade werkt, voor de operatie begint. Als er sedatie (roesje) met u afgesproken was, dan kunt u die op dat moment krijgen.

Als u algehele anesthesie (narcose) krijgt, dan krijgt u een kapje met zuurstof voor het gezicht en slaapmedicijnen via het infuus. U valt dan in slaap en maakt de ingreep niet meer mee. Nadat u in slaap bent gevallen, wordt in de luchtpijp een buisje geplaatst.

Na de operatie

Als de ingreep klaar is, stopt de anesthesioloog met de toediening van de slaapmedicijnen en wordt u wakker als u algehele anesthesie of sedatie had. Na de operatie gaat u naar de uitslaapkamer (gewone recovery), de 24 uurs recovery (PACU) of  intensive care of de uitslaapkamer (gewone recovery). Hier wordt u langzaamaan goed wakker. Op de uitslaapkamer zorgen we dat uw ademhaling , bloeddruk en hartslag goed blijven. Ook geven we u pijnstillers en medicijnen tegen misselijkheid als dit nodig is. Zodra de lichamelijke situatie het toelaat, mag u naar de eigen verpleegafdeling. Soms is het nodig dat u gedurende langere tijd intensieve verzorging en bewaking nodig heeft en blijft u een nacht op de uitslaapkamer of op de Intensive Care.

Ernstige complicaties door de anesthesie komen tegenwoordig zelden voor. Bij bepaalde ingrepen of ziektes is de kans op ernstige complicaties groter. Dit zal met u op de polikliniek besproken worden.

Als u op de verpleegafdeling bent komt de anesthesioloog in een aantal gevallen de dagen na de operatie langs:

  • Als u pijnstilling heeft via een epidurale ruggenprik: zolang u het slangetje heeft controleren we dagelijks de werking
  • Als u pijnstilling via ‘PCA’ heeft. U krijgt dan een opiaat (morfine-achtigen) via het infuus waarbij u zelf kunt bepalen hoeveel u nodig heeft.
  • Bij een deel van de patiënten ouder dan 60 jaar controleren we de eerste 3 dagen via bloedonderzoek of het hart tijdens de operatie geen schade heeft gehad. Wij kijken elke dag naar de uitslag van deze waarde (troponine). Als dit stofje (troponine) verhoogd is doen we extra onderzoek om te kijken of uw hart geen schade heeft. Op deze wijze kunnen we u extra zorg geven als dit nodig is.
  • Als uw hoofdbehandelaar specifieke vragen aan ons heeft.

Naar huis

Als u bent hersteld van de operatie, mag u naar huis. Uw behandelend arts maakt een inschatting. U mag alleen onder begeleiding naar huis. Als zich in de avond of nacht na de operatie problemen voordoen, neem  dan eerst contact op met uw huisarts. In overleg met uw huisarts kunt u contact opnemen met de spoedeisende hulp van het UMC Utrecht. Voor problemen die zich later voordoen kunt u terecht bij uw huisarts of behandelend arts.

Contact uitklapper, klik om te openen

Via het opnamebureau van het UMC Utrecht of via de verpleegafdeling waar u opgenomen wordt kunt u (of uw familieleden) in contact komen met de OK. 

Werken bij het UMC Utrecht

Contact

Afspraken

Praktisch

umcutrecht.nl maakt gebruik van cookies

Deze website maakt gebruik van cookies Deze website toont video’s van o.a. YouTube. Dergelijke partijen plaatsen cookies (third party cookies). Als u deze cookies niet wilt kunt u dat hier aangeven. Wij plaatsen zelf ook cookies om onze site te verbeteren.

Lees meer over het cookiebeleid

Akkoord Nee, liever niet