Terug

IVF/ICSI behandeling (Antagonist)

IVF/ICSI behandeling (Antagonist)

Patiëntfolder

U gaat binnenkort starten met een IVF-/ICSI-behandeling. Op de polikliniek heeft u een voorbereidend gesprek gehad met uw arts, waarbij de behandeling is uitgelegd. In deze folder vindt u de informatie zoals met uw arts is besproken.

Voorbereiding uitklapper, klik om te openen

Belangrijk vóór u gaat starten met de behandeling

Informatie over medicatie voor een vruchtbaarheidsbehandeling

Binnenkort start u met een vruchtbaarheidsbehandeling. Voor de behandeling zijn specifieke medicijnen nodig. Per 1 januari 2014 kunt u de medicatie voor uw vruchtbaarheidsbehandeling niet meer ophalen bij uw eigen apotheek. De overheid heeft bepaald dat de verstrekking van deze medicatie door het ziekenhuis, waar de behandeling plaatsvindt, moet worden geregeld. Uw eigen apotheek krijgt de kosten voor de levering van de medicatie niet meer vergoed: dit wordt overheveling genoemd.

Landelijk Schakel Punt (LSP) / Actueel Medicatie Overzicht (AMO)

U dient uw recept voortaan in te leveren bij de poli-apotheek in het UMC Utrecht. Het is van belang dat u de apotheek van het ziekenhuis laat weten als u nog andere medicijnen gebruikt. Dit kan het snelst als u aangemeld bent bij het Landelijk Schakel Punt (LSP). Via het LSP kan digitale uitwisseling van medicatiegegevens plaatsvinden. Informatie over het LSP en het geven van toestemming voor het elektronisch opvragen van medicatiegegevens, kan via www.ikgeeftoestemming.nl.

Toestemmingsformulieren zijn ook te verkrijgen bij de poli-apotheek UMC Utrecht of op de poli Voortplantingsgeneeskunde (receptie 38). Wilt u zich niet aanmelden bij het LSP? Dan heeft u een recent medicatieoverzicht van uw eigen apotheek nodig. U kunt een Actueel Medicijn Overzicht (AMO) opvragen bij uw eigen apotheek. Ook als u geen medicatie gebruikt, heeft u dit overzicht nodig.

De poli-apotheek UMC Utrecht bevindt zich op de begane grond en is geopend op werkdagen van 8.30 uur - 17.30 uur. In het weekend is de poli-apotheek gesloten.

Koorts

Als uw partner /donor in de periode (enkele dagen tot drie maanden) voor de behandeling koorts (>38 °C) heeft gehad, dan kan dit de kwaliteit van het sperma nadelig beïnvloeden. Bevruchting van de verkregen eicellen kan daardoor minder goed verlopen of zelfs geheel uitblijven. Als uw partner of donor koorts heeft gehad adviseren wij u altijd even telefonisch contact op te nemen om de voortgang van de behandeling te bespreken. Dat kan via het verpleegkundig spreekuur (zie Contact).

Foliumzuur

De inspectie van de Volksgezondheid van het Ministerie van VWS adviseert sinds 1995 vrouwen die zwanger willen worden 0,4 mg foliumzuur per dag te gebruiken vanaf vier weken vóór de bevruchting tot een zwangerschapsduur van tien weken. Hierdoor wordt de kans op het krijgen van een kind met een neuraalbuisdefect (bijvoorbeeld een open ruggetje) verkleind. Foliumzuur is een zogenaamd zelfzorgmiddel en wordt niet door de verzekering vergoed. Het is zonder recept verkrijgbaar via apotheek en drogist.

Aantal behandelingen

In het UMC Utrecht werken wij volgens bepaalde kwaliteitsnormen. Om te zorgen dat u een goede behandeling krijgt die aan deze normen voldoet, moeten wij een grens stellen aan het aantal behandelingen dat we kunnen doen. Dit kan betekenen dat u niet altijd in de gewenste maand (cyclus) kunt starten, maar een cyclus over moet slaan.

Tijdens de behandeling uitklapper, klik om te openen

Stimulatieschema

Hieronder vindt u het schema van medicijnen en controles zoals dat gevolgd moet worden voor uw IVF-/ICSI-behandeling.

Bij het voorbereidingsgesprek met de arts op de polikliniek is met u afgesproken in welke week u gaat starten. Het is voor ons erg belangrijk dat u zich aan deze planning houdt. Mocht u om wat voor reden dan ook, de behandeling willen uitstellen naar een later moment, dan kan dit uitsluitend in overleg met het IVF-secretariaat via het telefoonnummer voor het inplannen van uw behandeling.

Op de eerste dag van de afgesproken menstruatie belt u het inplanspreekuur om verdere afspraken te maken. Begint het bloedverlies vóór 18.00 uur dan noemen we die dag cyclusdag één, begint het bloedverlies ná 18.00 uur dan is de volgende dag cyclusdag één. Valt de eerste dag in het weekend dan mag u, zonder overleg met ons, op cyclusdag twee starten met Menopur®/Gonal-F® (hierna FSH genoemd). U kunt in dat geval op maandagochtend telefonisch contact opnemen met het afsprakenbureau voor het maken van een afspraak voor een echocontrole.

Indien voorafgaand aan de stimulatie een uitgangsecho nodig is, wordt dit afgesproken op receptie 38 op de eerste, tweede of derde dag van uw menstruatie.

Vanaf de afgesproken dag (cyclusdag twee of drie) neemt u __________ eenheden FSH. U kunt zelf bepalen welk tijdstip u het beste uitkomt (iedere dag tussen 16.00 en 20.00 uur, het liefst rond hetzelfde tijdstip).

Op stimulatiedag vijf (de vijfde dag waarop u de FSH inspuit) gaat u naast de FSH ook starten met Cetrotide® injecties. Deze injecties zorgen ervoor dat de eiblaasjes niet springen.

Op __________ (stimulatie dag ) komt u om __________ voor de eerste echo controle naar het ziekenhuis. U moet zich melden en legitimeren bij receptie 38 en daarna kunt u plaatsnemen in de wachtruimte. Op deze dag willen we ook graag de aan u uitgereikte behandelcontracten en gezondheidsvragenlijst ingevuld en ondertekend van u terug. Na de echo krijgt u een nieuwe afspraak. Indien nodig vragen wij u na de echo een bloedonderzoek te laten doen (cito oestradiolbepaling). In dat geval zullen wij u ’s middags tussen 12.00 - 15.00 uur bellen voor het maken van de volgende afspraak.

Als de stimulatie goed is verlopen en de eiblaasjes zijn voldoende groot, hoort u van ons hoe laat u ’s avonds de Ovitrelle® moet spuiten. U moet op deze dag nog wel Cetrotide® spuiten, maar geen FSH meer. U krijgt het tijdstip te horen waarop de punctie zal plaatsvinden (34 - 36 uur na de Ovitrelle® injectie). Ook wordt er, indien van toepassing, met u een tijd afgesproken waarop meneer zich, op de dag van de punctie, kan melden en legitimeren bij het laboratorium (receptie 39) voor het produceren van het zaad.

De follikelpunctie

Op de dag van de punctie dient u zich eerst te melden en te legitimeren bij receptie 38. Het advies is om uw partner/familielid/vriend(in) mee te nemen naar de punctie. Wij raden u aan om ongeveer 1,5 uur voor de punctie 1000 mg Paracetamol (2 tabletten van 500 mg) en 50 mg Diclofenac (1 tablet van 50 mg) in te nemen. Alleen de Diclofenac wordt door ons op recept voorgeschreven. Paracetamol 500 mg is zonder recept verkrijgbaar bij apotheek en drogist.

Voor de plaatselijke verdoving wordt een speculum (eendenbek of spreider) in de vagina gebracht. Vervolgens krijgt u twee injecties in de vaginawand. Meestal voelt u hier weinig van. Soms kunt u een branderig gevoel ervaren. Mocht er een beetje verdovingsmiddel in de bloedbaan komen, kunnen de volgende verschijnselen optreden:

  • vieze smaak in de mond
  • duizeligheid
  • oorsuizen

Deze verschijnselen zijn ongevaarlijk en trekken na een aantal minuten weer weg. Na het aanbrengen van de verdoving wordt het speculum verwijderd. Vervolgens worden de eierstokken met de echo in beeld gebracht.
Het aanprikken en leegzuigen van de follikels zal nu plaatsvinden. De eierstokken zelf kunnen we niet verdoven. Het aanprikken van de eierstok kan gevoelig zijn. U kunt dit voelen als een stompje in de buik of als een elektrisch schokje. Vaak komen de eicellen met de opgezogen vloeistof mee naar buiten, maar niet altijd. Het aantal gevonden eicellen kan lager zijn dan het aantal follikels.
Als de punctie is verricht wordt het speculum soms nogmaals ingebracht om te zien of de prikgaatjes niet meer bloeden. Alles bij elkaar duurt de punctie, inclusief de voorbereidingstijd, ongeveer veertig minuten.
Over het algemeen is de combinatie van de Paracetamol® en Diclofenac® en deze plaatselijke verdoving voldoende om een punctie goed te verdragen. Als het nodig is kunnen wij u extra pijnstilling of een rustgevend middel toedienen.

Aanvullende pijnstilling

In sommige gevallen is het raadzaam om u aanvullende pijnstilling te geven. Dit krijgt u in de vorm van een morfineachtig preparaat: Rapifen®. Omdat dit intraveneus (in het bloedvat) toegediend wordt, krijgt u voor de punctie een infuus in uw arm. Hierna volgen we de procedure als hiervoor beschreven tot het moment dat de eierstok aangeprikt kan worden. Dan wordt eerst Rapifen® toegediend. Omdat dit direct in een bloedvat wordt gespoten werkt het middel snel. Daarna prikt de arts de eierstok aan. Het is niet zo dat u nu niets meer voelt, maar Rapifen® haalt de scherpe kantjes van de pijn af. Dit medicijn kan bijwerkingen hebben zoals een bloeddrukdaling waardoor u misselijk en/of duizelig kunt worden. U mag 24 uur geen auto rijden. Vanwege deze bijwerkingen wordt Rapifen® niet als standaard pijnstilling gebruikt. Als u erg tegen de follikelpunctie opziet, kunt u ook vragen om een rustgevend middel. Wij gebruiken hiervoor Dormicum®. Dit middel kan via een tablet (de avond voor de punctie of 2 uur voor de punctie) ingenomen worden maar kan ook intraveneus worden toegediend. In het laatste geval krijgt u voor de punctie een infuus in uw arm. Als u aanvullende pijnstilling of een rustgevend middel wilt, kunt u dit van tevoren bij de arts aangeven. Dit kan ook nog op de ochtend van, dan wel tijdens de punctie besloten worden. Mocht de punctie ondanks de extra pijnstilling nog als erg pijnlijk worden ervaren, is er ook nog een mogelijkheid om bij een volgende behandeling de punctie onder “consious sedation” te laten verrichten. Wij hebben hiervoor een aparte folder “Informatie over sedatie”. Wij adviseren u de dag van de punctie niet te werken en geen afspraken te maken, zodat u rustig aan kunt doen.

Indien u een verse terugplaatsing krijgt, dient u te starten met Utrogestan® op de avond van de punctie (200 mg vaginaal inbrengen). De 18 dagen daaropvolgend brengt u drie keer per dag 200 mg in. Als u geen verse terugplaatsing krijgt, hoeft u geen Utrogestan® te gebruiken. 

Instructies voor de man

U bent samen met uw partner bezig met, of als donor betrokken bij, een IVF-/ICSI-behandeling. Voorafgaand aan de eicelpunctie vragen we u om in een speciale ruimte in de kliniek zaad te produceren. De kwaliteit van zaad lijkt het best als de laatste zaadlozing niet korter dan twee of langer dan vijf dagen geleden is.

Op de afgesproken datum en tijd krijgt u op het IVF-laboratorium (receptie 39) twee potjes met schroefdop, gemerkt ‘1’ en ‘2’. Vóór u de zaadlozing op gang brengt, wast u de top van de penis met water (geen zeep gebruiken), u droogt deze af en wast daarna uw handen. Gebruik hierbij ook geen zeep.

Bij de zaadlozing vangt u de eerste twee stoten op in potje 1 en de rest in potje 2. In dit zogenaamde “split-ejaculaat” bevat het eerste potje de meeste zaad cellen en prostaatvocht, terwijl het tweede potje vooral de uitscheidingsproducten van de zaadblaasjes bevat. Beide potjes geeft u daarna bij het laboratorium af.

Waar moet u nog meer aan denken?

Vergeet niet om uw legitimatiebewijs mee te nemen.

Als u drie maanden of korter voorafgaand aan de IVF-/ICSI-behandeling koorts (temperatuur boven 38°C) hebt gehad, verzoeken wij u dit te melden.

Mocht er onverhoopt sperma verloren zijn gegaan, wilt u dit dan even melden?

Embryo terugplaatsing

Embryo terugplaatsingen vinden bij ons ‘s middags plaats. Op de dag van de geplande terugplaatsing krijgt u tussen 11.00 en 12.00 uur van ons een sms met het tijdstip van de terugplaatsing. Meer informatie over het aantal en de kwaliteit van het embryo/de embryo’s krijgt u bij de terugplaatsing zelf te horen.
Als er geen geschikt embryo is om terug te plaatsen en er dus geen terugplaatsing kan plaatsvinden, dan ontvangt u geen sms en wordt u door ons gebeld.
Voor de terugplaatsing op doordeweekse dagen mag u zich eerst melden en legitimeren bij receptie 38 waarna u kunt plaatsnemen in de wachtruimte. In het weekend kunt u zonder u eerst te melden plaatsnemen in de wachtruimte.
Een gevulde blaas kan de terugplaatsing vergemakkelijken. Daarom adviseren we u twee uur voor de terugplaatsing niet meer naar het toilet te gaan.
Als 18 dagen na de punctie nog geen menstruatie is opgetreden kunt u thuis een zwangerschapstest doen. U kunt de uitslag van de test doorgeven aan de verpleegkundige via het patiëntenportaal of telefonisch tijdens het verpleegkundig spreekuur. Als u zwanger bent krijgt u een afspraak voor een zwangerschapsecho.
Als er 10 tot 18 dagen na de punctie een menstruatie optreedt, dan is de behandeling helaas niet gelukt. Bij twijfel of als de menstruatie niet doorzet, raden wij u aan om door te gaan met de Utrogestan® en voor de zekerheid een zwangerschapstest te doen.

U kunt de datum van uw menstruatie doorgeven aan de verpleegkundige via het patiëntenportaal Mijn UMC Utrecht of telefonisch tijdens het verpleegkundig spreekuur. U maakt dan een afspraak op de polikliniek om het verloop van de behandeling met een arts te bespreken en eventueel een nieuwe behandeling voor te bereiden. Dit kan soms ook middels een telefonisch consult.

Schema

Medicijninstructie

Menopur®/Gonal-F® (FSH)

Eén keer per dag, onderhuidse injectie tussen 16.00-20.00 uur.

Cetrotide® (Cetrorelix)

Eén keer per dag 0,25 mg, onderhuidse injecties tussen 16.00 en 20.00 uur.

Ovitrelle® (Choriongonadotrofine-alfa)

1 voorgevulde pen à 250 microgram 34-36 uur voor de punctie.

Utrogestan®

Vaginaal inbrengen. Op de dag van de punctie ’s avonds 200 mg. Daarna drie keer per dag 200 mg tot en met de 18e dag na de punctie. Utrogestan® veroorzaakt vaginale afscheiding, dit is normaal. De werkzame stof wordt in voldoende mate in het lichaam opgenomen.
Utrogestan® kan de menstruatie uitstellen, zonder dat er sprake is van een zwangerschap.

Diclofenac® 50 mg

1 tablet van 50 mg innemen 1,5 uur voor de follikelpunctie. 

Paracetamol® 1000 mg

2 tabletten van 500 mg innemen 1,5 uur voor de follikelpunctie. 

Zorgkosten uitklapper, klik om te openen

Meer over zorgkosten

Contact uitklapper, klik om te openen

Wilt u een afspraak maken of hebt u vragen? Neem dan contact op met de polikliniek voortplantingsgeneeskunde.

Polikliniek Voortplantingsgeneeskunde

Telefoonnummer: 088 755 75 25
Het maken van afspraken kan op werkdagen van 08.00 - 16.00 uur.

Overige contactgegevens

Spoedgevallen
Telefoonnummer 088 75 555 55
Overdag vragen naar sein 71608 (verpleegkundige IVF-behandelcentrum).
’s Avonds en ’s nachts vragen naar de dienstdoende arts van de gynaecologie.

E-consult
Bent u al patiënt in het UMC Utrecht en wilt u een medisch inhoudelijke vraag stellen? Log dan met uw DigiD in bij het patiëntportaal om een e-consult aan te vragen met één van onze artsen/uw behandelend arts. Via een e-consult kunt u direct een vraag stellen aan uw zorgverlener, zonder dat u daarvoor hoeft te bellen of naar het UMC Utrecht hoeft te komen. U krijgt binnen 3 werkdagen antwoord op uw vraag.

Verpleegkundig spreekuur
T: 088 75 564 53
Werkdagen 8.15 – 10.00 uur en 14.30 – 16.00 uur

Polikliniek Behandelcentrum IVF

Telefoonnummer: 088 75 575 25
Het verpleegkundig spreekuur is bereikbaar op werkdagen van 8.30 – 10.00 uur en 14.30 – 15.30 uur. 
Het inplannen van uw behandeling kan op werkdagen van 8.30 – 11.30 uur.

Werken bij het UMC Utrecht

Contact

Afspraken

Praktisch

umcutrecht.nl maakt gebruik van cookies

Deze website maakt gebruik van cookies Deze website toont video’s van o.a. YouTube. Dergelijke partijen plaatsen cookies (third party cookies). Als u deze cookies niet wilt kunt u dat hier aangeven. Wij plaatsen zelf ook cookies om onze site te verbeteren.

Lees meer over het cookiebeleid

Akkoord Nee, liever niet